Mooi weer + werkende auto = after work trip. Men verzamele enige Duitsers en smere hem naar waar het mooi is. Deze keer was de vijver om uit te vissen groot: Carsten had zowel zijn ouders als zijn kinderen op bezoek. Wagners zo ver het oog reikt! En zowaar, dit werd een wandelingetje met niet alleen the usual suspects Max, Tjarda, Helgard, maar ook Carsten en zijn beide nakomelingen: Folke van 14 en Nele van 12. Vanwege Nele kozen we maar een niet al te woeste route.
Op weg naar de berg naar keuze was al een toeristische belevenis; twee auto's vol kalme Zuid-Germanen (en een Angelsaks) op een weg vol hyperende Noord-Noren. Veel getoeter en link inhaalwerk ver voorbij de maximum snelheid. Maar we kwamen er! Carsten parkeerde zijn huurauto elegant in een struik, en zo konden we gaan.
Er moest een pad zijn, maar we zagen het niet. En stampten maar gewoon zo naar boven door de dichte vegetatie. Deze keer hadden we het vasteland uitgekozen, en dat is maar een kwestie van enige tientallen kilometers, maar het scheelt al enorm in de hoogte van de boomgrens. En hier onder de boomgrens regeerden de insecten. Talrijke!
Stilstaan was geen optie. Maaiend, zwaaiend en klagend werkten we ons een weg omhoog. In de wind viel het mee met de beesten, maar alleen als je bleef lopen. Weinig ontspannen!
Aan de andere kant van het dal rezen grimmige bergen op - reisdoel voor de volgende wandeling?
Tjarda toont hoe irritant alle insecten zijn
Een eindje boven de boomgrens was het voor Nele wel genoeg geweest. Zijnde een produkt van Bienenbüttel, Noord-Duitsland, waar de rivierdijk het hoogste punt in de topografie is, had ze hiermee al een prestatie van formaat neergezet. Maar een subtop lonkte, en de geiten onder ons stekkerden voort.
Cartsen zoekt zijn anti-vliegen-heil in een sigaret, terwijl Folke vertrouwt op zijn hoodie
Met een trotse Nele erbij is het vaderlijke plaatje compleet
We wilden de achterblijvers niet te lang laten wachten, dus liepen niet door tot de top. Maar mooi was het wel. En insectenvrij! Helaas was het dat niet daar waar we de anderen hadden achtergelaten, dus die waren er al vandoor toen we terugkwamen. Hadden we toch door gekund naar de top... maar dat is achteraf praten.
Deugdelijke statistiek met N=5: Zuid-Duitsers komen verder een berg op dan Noord-Duitsers!
Weer een foto uit het groot insectenboek
We struikelden gedrieën terug naar beneden. Het was kouder en donkerder geworden, dus het viel inmiddels wel mee met de enge beesten. Wat we nog wel tegenkwamen, verderop op de weg: grote beesten! Asfalteermachines, om precies te zijn. En een vent in reflekterende outfit, en een draagbaar stoplicht in zijn hand. Hij gebaarde me te stoppen, en dook daarna de berm in. Uit het diepe gras viste hij een bord: "vent på ledebil". Wat niet wil zeggen dat er een kerel geconstateerd is op een arthropodisch achterste, maar dat ik geacht werd te wachten op een leid-auto. Mijn eerste ledebil! Het werd es tijd. Er is niks aan, maar ik vind het iets erg Noors hebben. En met een na de ledebil genoten alcoholvrij biertje was de dag op een aangename wijze weer ten einde.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment