En na ook die vrijdag op tijd in mijn bed beland te zijn was ik weer fris genoeg voor het échte stortwerk. Voor ik naar Wenen vertrok had Audun al aangekondigd dat hij tegen de tijd dat ik terug zou zijn het skiseizoen als gesloten, en het klimseizoen als geopend beschouwde. En de weersvoorspelling voor zaterdag was erg fraai, dus dat kon meteen in de praktijk gebracht worden. Ik ging uit van een soort van skiën op Kjølen in het kwadraat: 2/3 van de tijd in je broek schijten, “I’m scared I’m scared!” roepen en je afvragen waarom je je in vredesnaam in zo’n situatie hebt weten te manouvreren, en dan 1/3 van de tijd dingen doen waarvan je nooit dacht dat je het ooit zou kunnen, en dan dat ook geleid hebbend tot waanzinnige uitzichten, en dat je dan weer weet waarom. Maar het was zelfs beter dan dat!
Ergens bij Brensholmen kwamen we, na uitbundig geploeter in de sneeuw (mental note: volgende keer gamaschen mee) bij een stel kliffen aan zee. Een donders mooie plek, met uitzicht op Senja (!!), en in de zon. Die stond nog niet heel erg op de te beklimmen kliffen te schijnen, dus verordonneerde Audun, gediplomeerd koukleum, eerst een koffiepauze. Op zo’n manier wordt klimmen wel een hele ontspannen boel. Maar toen brak het uur U toch aan! Was even omschakelen vanaf de klimhal; ik kom zo’n beetje vers uit de klimcursus rollen dus ik heb het nog helemaal zoals het hoort in mijn kop zitten. En ouwe rotten doen daar niet meer aan. Wat nou buddy check. Dus na een “ready?” “no!” stoof Audun die wand op. Daarna was het mijn beurt. Verdomme makkelijker dan op zo’n artificiële wand! Was vast ook een gebiedje geschikt voor beginners want het houvast was niet van de lucht. Het was even glibberen naar het volgende traject (klimschoenen zijn niet gemaakt op sneeuw) en ook dat, al zag het er woest uit, was prima te doen. Wat een sport! Abseilen was nog niet zo eenvoudig want binnen no time zat het touw volledig in de knoop, maar nou ja, een kniesoor die daarop let.
Het strandje met kliffen
Zo zag de 2e route er van boven uit
En het uitzicht vanaf boven: Senja!
En weer naar beneden
Inmiddels was er nog een clubje gearriveerd: weer een Noorse routinier met wat buitenlands spul in zijn kielzog. Gezellig. Na een luie zonovergoten lunch was het tijd voor nóg een debuut: een zogeheten natuurlijke route. Lees: je moet zelf frutjes om je aan te zekeren in de muur vrotten (nou ja zelf, dat laat ik natuurlijk Audun doen). En ze er ook weer uit pulken (das dan dus mijn taak). Ook dat ging goed!
En dan recht "the void" in abseilen. Roelof, ga je een keer mee?
De laatste route was er dan toch een waar enige bekwaamheid bij kwam kijken. Ergens kort onder de top had ik me in een hoekje gemanouvreerd waar ik niet meer uit kwam. Dus dat lukte alleen met even in het touw hangen, een stukje lateraal opschuiven, en vanaf daar poging twee. Wel goed, anders was het wel een tot arrogantie stemmende 1e dag buiten geweest.
Dat vlekje op de wand ben ik
Maar zo bij elkaar was het 7 uur geworden: tijd om af te taaien. Bij elkaar de perfecte dag om eventuele sipheid te vergeten. Alsof Noorwegen zo hard mogelijk “welkom terug” wou zeggen.
No comments:
Post a Comment