Dit team vereiste enige organisatie. We zijn een atypisch stel vozen, en ik ben de enige met een blik. Wat er op het dak van mijn auto past is dus de limiterende factor in deze... en in dit geval betekende dat dat we in tweepersoons kajaks moesten. Je kan moeilijk drie of vier kajaks op het dak plakken en verwachten dat dat niet vreselijk mis gaat. Op de brug bijvoorbeeld, of op een landweggetje met gaten erin. Maar goed. De kajakclub heeft maar één dubbele kajak!
Maar we zijn vernuftige lui, en we wisten een extra exemplaar te huren. Dat geeft wat extra gedoe, maar dat moet dan maar. Met Tjarda reed ik naar de verhuurder. Die was er niet. Wie er wel was: Robert! Mijn goeie ouwe rijinstructeur! Die kwam een kajakcursus doen. Kerstkadootje van zijn vrouw. Geweldig.
De verhuurder dook toch op, en een hoop gelazer later hadden we een kajak op het dak. En konden we Mats en Anna-Lisa gaan halen. Gevieren plakten we ook kajak #2 op het dak. Een intimiderend gezicht! Het zijn grote dingen! Heel voorzichtig reed ik naar de pont van Ringvassøy naar Rebbenesøy. Het dakstatief kraakte en kreunde, maar het hield. We waren van plan de pont van zeven uur te pakken, maar dat werd niks. Maar om half tien ging er nog een. Dus we zegen neer op het strand en kookten avondeten. Ook niet slecht! het was prachtig weer.
Aan de andere kant vonden we een plek voor de auto, en begonnen uit te laden. Dat was nog geen sinecure: tussen weg en strand bevond zich een raar moeras, met beenbrekende graspollen, onzichtbare kuilen, en dichte vegetatie. Maar we kregen het voor elkaar! En we konden gaan varen. Allemaal in niksige t-shirtjes. Het was veel te warm voor een dry suit! En het water is nog steeds koud, maar we gingen niet te ver uit de kust, dus zelfs als we in dat kalme weer kans zouden zien om te slaan zou dat nauwelijks levensbedreigend zijn.

We voeren niet te ver; het werd al laat. Ik vond al wel snel uit dat ik geen echte vrouw ben: ik kan niet multi-tasken. Ik had het roer, maar als ik een foto maakte vergat ik dat subiet, en dan voeren we binnen een paar seconden zo 90 graden de verkeerde kant op... soms hoorde ik een waarschuwend keelschrapen van Tjarda, en moest dan acuut het roer omgooien om niet op de rotsen te landen. Eh!
We vonden een landingsplaats met een zacht veldje erboven. En op het veldje zelfs kruipbramen! Rijpe!
We zetten de tenten op, en deden nog een bak thee en een kaasplank, zowaar bij de daadwerkelijkondergaande zon. Erg lang bleef hij niet onder, maar dan nog! Zo nacht-achtig hadden we het natuurlijk al maanden niet meegemaakt. Maar toen was het ook wel leuk geweest. Bedtijd! In de tent hield ik Tjarda nog even wakker met lachbuien: ik had net voor vertrek een brief van Marieke gehad. En ik had niet het geduld die pas te lezen als ik weer thuis was...
De volgende dag hadden we havermout met kruipbramen als ontbijt. In de zon! En dan weg. We hadden allemala ambitieuze plannen, maar we begonnen al in te zien dat die misschien een beetje te ver gingen. We gingen eerst maar es aan land om water te halen; onze 1e kampeerplek had geen zoet water. Das een beetje de pest met van die schattige kleine eilandjes: geen stroompjes en beekjes...
Even voorbij het beekje stond een rendier aan de waterlijn. Een beetje moeilijk van zich af te kijken. Ik was een beetje bang dat hij bang was van het geglibber over zeewier. Maar hij begon toch te lopen, op ene gegeven moment! Helaas verkoos hij het om met wilde blik in de ogen recht op Mats en Anna-Lisa af te stormen. Die daar even verbauwereerd over waren. Doen ze normaal niet! Maar Mats stond op een stenenstrand, en greep die omstandigheid aan om een flinke steen vóór het rendier op de grond te gooien. Daar had hij even niet van terug. Met nog wildere ogen bleef hij ztaan, en overdacht zijn opties. Blijkbaar vond hij dat nare types die met stenen gooien zeker onschadelijk gemaakt moeten worden, want na eneige pauze stormde hij gewoon opnieuw die kant op. Maar nóg een steen deed hem toch van gedachten veranderen. En hij smeerde hem het bos in.
Bij de lunch besloten we dezelfde weg terug maar te nemen. Het eiland om zou stressen en pezen worden. En daar hadden we geen zin in. Maar deze keer kozen we een kampeerplek met stromend water. Daarnaar op zoek vonden we niet alleen een beekje, maar ook een sneeuwuil! Bijzonder. Eigenlijk een nachtdier natuurlijk, maar je kan moeilijk van zo'n beest verwachten dat hij zich de hele zomer niet laat zien.
Een mooi strandje vindend besloten we de definitie van kampeerplek met stromend water wat ruim te nemen; het was wel een eindje kajakken tussen beekje en strand. Maar dan hadden we wel een mooie kampeerplek. Na het eten prebeerde ik het nog even uit: nam in mijn eentje een tweepersoonskajak, en ging de waterflessen vullen, en natuurlijk even douchen. Lekker!
Het was wel weer bar es boos met de muggen, dus we taaiden vrij vroeg af. Maar ik had mijn tent voorkantloos opgezet, dus we konden nog wel van het uitzicht genieten.

De volgende dag waren we heel executief. We hadden een pont te halen! En we waren zo executief dat we uren te vroeg waren, dus we kajakten nog een stukje rond. En namen op het strandje waar we initieel te water gegaan waren nog even de tijd, met een boek, en een duik in zee. Mijn eesrte hier, gelooof ik... ik spring liever in zoet water. Maar gewoon, omdat het kón, werd het nu de zee!
En zo werd het tijd voor de pont terug. Op mijn verzoek reed Anna-Lisa terug; ik moest me nog inlezen voor de cursus die de volgende dag zou beginnen (daarover later meer). Dat deed ik achterin de auto. En soepel en efficiënt leverden we alle kajaks en de uitrusting weer in.
Thuis deed ik de gebruikelijke nuttige dingen, tot Mats belde. En meteen daarna Rike. Mats met een uitnodiging tot lasagne eten. En Rike met het verzoek met de auto te komen. Zij was al bij Mats, en ze was uitgeput. En ze hoopte niet nog op de fiets de brug over te hoeven, en de heuvel op. En ik houd eigenlijk niet van autorijden, maar zo'n puppyblikkig verzoek kan ik niet weerstaan. En zo eindigde het weekend bij Mats, met goed eten en goed gezelschap. En voor mij een biertje, wat Rafael wilde wel Bob zijn. En zo kon ik toch nog naar huis fietsen...
No comments:
Post a Comment