25 July 2009

Svalbard: Longyearbyen

Met een excorte van drie Duitsers vertrok ik naar de luchthaven. Carsten gaf me een lift! En nam zijn kinderen mee. En na afloop ook de auto. Enige tijd later had ik Svalbard in zicht. Dat blijft toch onaards mooi.

De Russische mijnnederzetting, Barentsburg, vanuit de lucht

Johanna zat nog op een rots naar kleine alken te kijken toen in aankwam in Longyearbyen. De kleine alken zijn laat dit jaar, dus de veldbiologen zijn allemaal uit hun gewone doen. Maar om vier uur was ze ter plaatse op haar kantoor! En konden we na enige praktische afhandelingen wat gaan eten in de stad, en dan naar de “fredagspils” van de universiteit. Dat was niet zo druk; alleen Rafael en Rike zaten er. Maar met die twee is het natuurlijk al genoeg. En langzaam liep het toch enigszins vol. En even langzaam kregen R&R trek. En zo vertrokken we naar Nybyen, waar Rike woont (het meest inlande stuk Longyearbyen) voor pannekoeken. Lekker!

Uitzicht vanuit Johanna’s appartement

Ik was thuis vóór Johanna thuis was. En dook knus in bed. Johanna had geen tijd voor me maar was toch een goede gastvrouw, die me mijn gang liet gaan en een lekker logeerbed had. De volgende dag zou ik met een commerciële tour naar Foxfonna meegaan. Maar niemand kwam me halen... later zou blijken dat ze abusievelijk meenden dat ik afgezegd had. Het was ook wel wat verwarrend; Kings Bay, de lui die alle vluchten van en naar Ny-Ålesund regelen, hadden gezegd dat ik dinsdag zou vliegen. Maar het bleek maandag te zijn. Dus mijn programma moest omgegooid. En dat ging duidelijk niet helemaal goed...

Ik ging naar UNIS, omdat ik wist dat daar informatie over de zeilclub te vinden was. Misschien kon ik gaan kajakken! Helaas, niemand nam de telefoon op, en niemand was ter plaatse. Als een soort geschenk uit de hemel kwam ik daarentegen Harald tegen, een van de begeleiders van Johanna. Hij nodigde me uit mee te komen naar de berg waar alle kleine alken biologen, en dus ook Johanna, zaten. En ik nam dat aan! En had even later (even een thermobroek aan voordat je urenlang op een berg stil gaat zitten) een lift die kant op.


Die paar pixels in de roje cirkel zijn de biologen!

De biologen hadden een aantal alkjes een logger op de rug geplakt en een klodder verf op de borst gegeven. En nu was de kunst diezelfde beestjes opnieuw te vangen, en de loggers weer terug te krijgen. Er waren op de hele berg twee gemerkte vogels te zien, maar een ervan had kans gezien zich op eigen houtje van zijn logger te ontdoen. Dus zit je urenlang door een verrekijker naar die ene vogel met logger te kijken. Het idee is dat zo’n beest een nest heeft, diep tussen de stenen van de puinhelling. En je, zodra je ziet dat zo’n beest naar binnen gaat, gauw nar de ingang snelt en er een net overheen legt. Wil het beestje weer naar buiten raakt hij verstrikt en kan je hem vangen. En dan wat metingen doen (gewicht en zo), wat bloed afnemen, logger teruggappen en klaar. Maar ja. Zo’n alk kan uren en uren een beetje in de buurt van zijn nest rondslierten zonder ook maar enigszins de neiging te vertonen ook daadwerkelijk naar binnen te gaan. Ik zat er maar drie uur, maar in die drie uur deed de uitverkoren alk werkelijk niets waarnemenswaardigs. Wat wél leuk was: een poolvos met hele mooie fluffy witte oren op bezoek!

Vidar, Johanna en Magda, en rechts blijkbaar iets interessants

Hopen kleine alken, en met bamboestokken gemarkeerde nestingangen

Een poolvos in de omgeving is niet best voor het vangen van vogels; die vlogen allemaal op als hij zich vertoonden. Maar wij vonden hem leuk...

Kijkje dieper het dal in, vanaf waar we zaten (of waar ik even naar de plee ging, eigenlijk)

Om drie uur was Johanna’s shift afgelopen, en gingen we weer naar de stad terug. Waar nog steeds niks te kajakken viel. Dan maar een hapje eten, en een biertje doen met toevallige ontmoete bekenden. En op het terras in de zon (wel koud! Donsjack moest aan) brieven schrijven, en artikelen en boeken lezen. Tot Rafael en Rike en Rike’s collega’s me bij zich aan tafel uitnodigden. Gezellig! En dan op tijd naar bed. Volgende dag had ik wél een commerciële tour... terwijl ik op het terras zat had de goser gebeld waar ik mee de hort op zou, maar ik bleek de enige ingeschrevene te zijn. Dus hij stelde voor dat ik me aansloot bij weer een andere tocht. En dat deed ik maar.

Longyear lag er mooi bij toen ik vanaf de kroeg naar huis liep

En warempel, ik zat ‘s ochtends op het afhaalpunt, en er reed keurig op tijd een busje voor, waar een kerel uit kwam die mijn naam riep. Deze keer lukte het wel! Ik zou er later overigens achter komen dat ik deze kerel al es eerder had ontmoet, op een BBQ bij Sanja, maar hij had niet veel indruk gemaakt en ik had het de hele dag niet door...

We visten nog een stel van de kamping en konden gaan. Eerst de fjord over kajakken, en dan een berg op, was het idee. En het duurt altijd even voor je alle reut aan hebt, het roer afgesteld, alle bagage in de vakken... maar we kwamen er. En peddelden in kalm weer de fjord over. Ontspannen!

Terloops over mijn hoofd gemaakte foto; Pål vermaakt zich wel maar het stel heeft wat te stellen met de golven

Aan de andere kant trokken we de dry suits weer uit en maakten ons klaar voor het loopgedeelte. Pål, de gids, vertelde nog vanalles wetenswaardigs onderweg. En het weer was prachtig. En het landschap natuurlijk ook...

Op het vol wrakhout liggende strand maken we ons op om te gaan

Het heeft wel wat maanlandschappigs

We kwamen nog langs het wat wankel ogende installatietje op de berg dat Longyearbyen van TV voorziet. En probeerden uit het lawaai van de generator te klimmen voor we lunchten. Dat deden we maar bovenaan een steile puinhelling. Gevriesdroogd hikevoer! Lekkor. En dan weer verder. Nog best een geklauter om bij die top te komen. Maar we kwamen er, en het uitzicht was prachtig. We aten nog wat koekjes, en togen even hard weer neerwaarts. Oorspronkelijk was het plan: dezelfde weg terug. Maar onder de top lag een oude mijningang. En Pål vroeg of ik zin had daar heen te gaan... natuurlijk heb ik dat! Ouwe roestige troep! Yay!

Het keetje met de TV-schotels

Sneeuw is nog best een comfortabel goedje om doorheen omhoog te stekkeren

Vermetel zelfportret op het zadel, met op de achtergrond Adventtoppen

En dan bijna de top!

Vanaf de top konden we Adventdalen mooi in kijken

Het was nog een heel gedoe op modderige, volomen instabiele hellingen, maar zonder steenlawines van betekenis te veroorzaken, en zonder zelf van de berg te donderen, zagen we kans bij de mijningang te komen. Mooi... en daarna over oude steile sneeuw naar een erbij horend pand. Prachtig! Helemaal mijn ding! Mijn dag was goed.

Korte pauze

Op de grote versie kan je de mijningang zien liggen

Prachtig! Niks meer aan doen! En dat doen ze ook niet. Alles op Svalbard wat antropogeen is, en geen mens, en van vóór 1945, is een monument en daar mag je niet aan pulken.

Op naar de volgende structuur. Denk maar niet dat ze voor die mijnwerkers een fatsoenlijk pad hadden aangelegd.

De enige van een aantal gebouwen die nog stond

Uit de kranten die ze uit isolatieoverwegingen op de muur plakten blijkt de tijdgeest al

Naar beneden ging het verder vrij soepel. En na een laatste koffiepauze kwamen we bij de kajaks terug. Inmiddels woei het, dus het ging heftiger worden terug te komen. En het ging nog bijna enigszins mis: de kerel van het stel was in de kajak gekommen zonder zijn voeten op het roer te hebben. En bedacht dat iets te laat. Dus zij lieten zich naar het strand terugdobberen, met de gedachte er wat aan te doen, maar zo belandden ze natuurlijk parallel aan de kustlijn. En dan ben je speeltje voor de golven. Dus wij erachteraan... maar iets ergers dan twee kajaks met een hoop water erin leverde dat niet op. En zo konden we alsog op weg! En kwamen met etenstijd weer aan in Longyearbyen. Geheel voldaan. Pål zette me hoffelijk af voor Johanna’s deur, en zo was een geslaagde Svalbarddag effectief ten einde. Ik was bij Johanna nog een beetje aan het nadarren toen ineens de buurvouw aanbelde, en van plan was Johanna voor een biertje uit te nodigen, maar dat toen maar met mij deed. Dus ik at gauw wat boterhammen met pindakaas en kruipbramenjam en toog naar het buurpand. De zweedse buuf was een student in Tromsø geweest, en daar kende ik haar van. En ze had twee gasten. Eentje bleek de duiker te zijn geweest die in 2007 had geconstateerd dat de Meriam geen schade aan haar schroef had... de wereld is weer klein.

Pernille, de buurvrouw, serveerde nog frambozen-chili truffels die mij deden huilen, en ik assisteerde zelfs nog met het verkruimelen van gedroogde pepertjes. En zo werd het bedtijd.

De volgende dag sliep ik uit, herpakte mijn spullen, bracht Johanna’s appartement weer in oorspronkelijke staat, deed nog wat laatste moment inkopen, kreeg mijn geld terug van de gemiste excursie, en ging naar de luchthaven. Tijd voor deel 2 van de Svalbardtrip.

No comments: